Werken in de horeca wordt steeds populairder onder jongeren en studenten, dat is wat we bij Mise en Place de laatste jaren ontdekt hebben! Het is niet alleen leuk om te werken in de horeca, maar je leert er ook een hoop van! De dingen die je in de horeca leert kunnen je namelijk ten goede komen in je carrière. Mise en Place zet 5 belangrijke leerpunten op een rijtje!
In de horeca weet je gewoon, dat je te maken krijgt met drukke dagen. Hier moet je snel leren schakelen en veel dingen tegelijk kunnen doen. Daarnaast wordt er van jou verwacht dat je alert bent en overzicht kunt houden. Ook al heb je veel taken die je door jou gedaan kunnen worden, sommigen moeten eerder gedaan worden dan anderen. Dit toont wel aan dat je om kunt gaan met stress, prioriteiten kunt stellen en efficiënt te werk kunt gaan. Zeker niet verkeerd dus!
Ondanks dat je misschien druk aan het werk bent, en hier en daar misschien een lichte vorm van stress opbreekt. Dit zal de gast nooit mogen merken! Gasten worden altijd netjes geholpen en je blijft gastvrij. Dus zelfs als het totaal niet loopt zoals je wil, de gast zal hier nooit iets van merken!
Is het druk op het werk? Dan werk je gewoon wat langer door. Van 9 tot 5 werken gebeurt niet/nauwelijks in de horeca. Is een collega onverwachts ziek? In de horeca wordt er vaak voor je bijgesprongen, ook al heb je er al een lange dienst opzitten. Het is in de horeca gewoon not-done dat er niemand is om de gasten te helpen.
Het lijkt heel simpel, maar werken in de horeca is zeer divers met veel verschillende taken. Er wordt vaak makkelijk over gedacht, maar je moet gauw kunnen schakelen, veel kunnen onthouden én gastvrij blijven. Verder is inlevingsvermogen belangrijk. Jij kunt zo goed inspelen op wensen en klachten van de gast, dat deze altijd met een glimlach naar buiten loopt. En dat is zeker niet voor iedereen weggelegd.
In de horeca leer je omgaan met sales, zoals upselling en cross-selling zonder dat je aandringt bij de gast. Bij cross-selling adviseer je een gast op extra producten die goed passen bij wat ze reeds besteld hebben. Zoals een kaasplankje, een goed glas wijn, een stuk appeltaart of nog een cappuccino. Bij upselling wijs je de klant op een ietwat prijziger product, echter maak jij de gast zo enthousiast, dat een wat duurder glas wijn geen probleem is.